In de vee-industrie wordt een moedervarken rond elke bevalling ruim een maand lang opgesloten in een krappe kooi. Dat is heel frustrerend voor een moeder die dan juist ruimte nodig heeft. Ze wil een rustige plek om een nest te maken en voor haar biggen te zorgen. Maar dat is onmogelijk in de kraamkooi. Daarom strijden wij voor een einde aan deze dieronvriendelijke kooi; de eerste stap op weg naar meer vrijheid voor moedervarkens.
Meer bewegingsruimte in het hok
Een groter hok zonder kraamkooi geeft een moedervarken meer ruimte om te bewegen. In zo'n vrijloopkraamhok kan ze zich omdraaien, contact maken met haar biggen en uitgestrekt liggen. Die stap is haalbaar: in Noorwegen, Zweden en Zwitserland zijn de kooien al tientallen jaren vervangen door vrijloopkraamhokken.
Een nest voor de biggen
Moedervarkens hebben een sterk instinct om een nest te maken voor hun biggen. In een kooi is dat onmogelijk. Maar in een ruimer hok – zonder stangen, maar mét een dikke laag stro - kan dit wel. Zo krijgt een moedervarken zelfs in de stal een kans om haar natuurlijke gedrag te uiten.
De buitenlucht in
De volgende stap? Een uitloop naar buiten. Dat geeft haar nog meer ruimte én de mogelijkheid zich even terug te trekken, want met een groep speelse biggen wordt het al snel een drukke boel. Bovendien geniet ieder varken van een frisse neus. En daarna? Een leven in de buitenlucht, tussen bomen en struiken, met een veilige plek voor haar biggen.
Teken de petitie
Het leven van een moedervarken in de vee-industrie staat mijlenver af van haar natuurlijke gedrag. Maar dat hoeft niet zo te blijven. Teken de petitie en help mee om haar leven te verbeteren.
Als bioloog voerde ik 5 jaar lang wetenschappelijk onderzoek uit naar het gedrag en welzijn van varkens in de intensieve varkenshouderij. Dit werk bracht me oog in oog met het dierenleed dat zich op varkensbedrijven afspeelt. Varkens worden behandeld als producten en niet als de slimme, nieuwsgierige levende wezens die ze zijn. Dit wil ik veranderen. Bij Varkens in Nood zet ik me daarom in voor de miljoenen varkens in de Nederlandse vleesindustrie.