Zeugen lijden nog steeds honger

Zeug met honger

Om te voorkomen dat ze te zwaar worden, krijgen zeugen veel te weinig voer op stal. Het gevolg is constante honger, elke dag weer. Brokken met extra vezels of stro helpen een beetje, maar stoppen geen honger en frustratie. Zeugen hebben een grote behoefte aan beter ruwvoer, zoals gras of hooi. Dat zorgt niet alleen voor minder honger, maar ook voor minder verveling op stal.

Hongerdieet

Omdat varkens speciaal gefokt zijn om snel te groeien en vrijwel geen beweging krijgen, worden ze al snel te zwaar bij een normale hoeveelheid voer. Een te zware zeug heeft minder melk voor haar biggen en past bovendien niet in het krappe kraamhok. Daarom krijgen zeugen op stal erg weinig voer. Terwijl ze in de natuur het grootste deel van de dag besteden aan het zoeken naar eten, moeten ze het in de stal doen met een kleine portie brokken. Bijna een miljoen zeugen lijden daardoor dagelijks honger in een kale stal waar niks te onderzoeken valt.

Welzijnsvoer is beter, maar niet goed genoeg

Volgens de Nederlandse wet hebben varkens recht op voldoende voer. Ze mogen niet onnodig lijden door een gebrek aan voer. Daarom vraagt Varkens in Nood al in 2010 aandacht voor de vele zeugen op hongerdieet. Met succes, want de meeste Nederlandse zeugen krijgen nu zogenaamd welzijnsvoer (brokken met meer vezels) óf toegang tot stro. In beide gevallen heeft de zeug daardoor iets minder honger. 

Welzijnsvoer is een kleine verbetering, maar lost het probleem niet op. Ook brokken met vezels heeft een zeug snel op, waarna ze de rest van de dag niks meer te doen heeft. Stro blijkt uit nieuw onderzoek niet genoeg te zijn om de honger te verminderen. In de studie mochten zeugen in een strostal de hoeveelheid voer zelf kiezen. Dit werd vergeleken met de standaard hoeveelheid voer die op varkensstallen wordt aangeboden. Het resultaat? Een zeug krijgt slechts de helft van het voer waar ze behoefte aan heeft.

Minder honger én minder verveling

Er zijn ook andere opties om het hongergevoel tegen te gaan. Zo eten varkens graag gras of hooi, waar ook veel vezels in zitten. Zeugen zijn langer bezig met het eten van zulk ruwvoer, waardoor ook de verveling op stal minder wordt. Twee vliegen in één klap dus, want de meeste Nederlandse varkenshouders doen nog steeds te weinig om verveling bij varkens tegen te gaan.

Deel dit artikel
Sanne Roelofs

Als bioloog voerde ik vijf jaar lang wetenschappelijk onderzoek uit naar het gedrag en welzijn van varkens in de intensieve varkenshouderij. Dit werk bracht me oog in oog met het dierenleed dat zich op varkensbedrijven afspeelt. Varkens worden behandeld als producten en niet als de slimme, nieuwsgierige levende wezens die ze zijn. Dit wil ik veranderen. Bij Varkens in Nood zet ik me daarom in voor de miljoenen varkens in de Nederlandse vleesindustrie.